Saloua Berdai Chaouni
Werken aan zorg betekent het bestrijden van ongelijkheden
Saloua Berdai Chaouni over zorg als levengevende kracht voor mens en planeet.
Lees het artikel hieronder of download de pdf
“Omdat zorg zo inherent verbonden is met ongelijkheidssystemen in onze samenleving, geloof ik dat we herwaardering van zorg niet los kunnen zien van het bestrijden van die ongelijkheidssystemen.”
“Dat is voor mij het doel: zorg centraal zetten, om beter te navigeren in een samenleving met uitsluitinsgmechanismen.”
Saloua Berdai Chaouni is postdoctoraal onderzoeker aan de VUB en senior onderzoeker en docent aan de Karel de Grote Hogeschool. Ze is een pionier op het vlak van inclusieve zorg voor ouderen met een migratieachtergrond in België en combineert haar expertise in gerontologie, biomedische wetenschappen en management in onderzoek op het raakvlak van ouder worden, uitsluitingsmechanismen, (dementie)zorg en dekoloniale benaderingen.
Zorg als levensvoorwaarde: zuurstof voor mens en planeet
Voor Saloua Berdai Chaouni is zorg geen bijkomstigheid, maar de essentie van het leven zelf. In haar woorden: “Zorg is de ‘zuurstof van de samenleving’, een allesdoordringende kracht die ons in leven houdt, niet alleen als mens, maar ook als onderdeel van een groter ecosysteem. Vanaf de geboorte zijn we afhankelijk van zorg, maar dat geldt ook voor dieren, planten en de planeet als geheel”. Ze wijst erop dat deze zorg, hoewel essentieel, lange tijd is genegeerd of onderschat. Volgens haar is dat het gevolg van hoe onze samenleving zorg systematisch heeft gemarginaliseerd en versmald tot een technische, biomedische activiteit. Berdai Chaouni: “We hebben onszelf ook wijsgemaakt dat zorg voor de mens iets anders is dan zorg voor de planeet. Voor mij klopt dat niet. Zorg verdient een herdefiniëring als een brede, wederzijdse, voedende kracht. Zorg is niet alleen nodig voor wie kwetsbaar is of ziek, maar is een permanente motor van samenleven. Voor mij is zorg dus nooit louter een reactie op een zorgvraag, maar is het een kracht die ons als mensen met elkaar verbindt en heelt.”
"Zorg is geen antwoord op een probleem. Het ís de basis van het leven."
Berdai Chaouni stelt in haar gesprek met Caruna verschillende radicaal alternatieve denksporen voor, om ons denken over de zorg van de toekomst te voeden: “Ik zou zorg willen koesteren als een resource. Ik vind dat een mooi Engels woord. Zorg is niet enkel een kracht, maar ook een collectieve bron die we nodig hebben om samen vooruit te gaan. Niet vooruitgaan in de zin van economische winst, maar in de zin van bevrijding en ontvoogding.”
Onderzoek als zorgpraktijk: caring & healing oriented research
"Ik wil niet alleen onderzoek doen over zorg. Mijn onderzoek zélf moet zorg zijn."
Berdai Chaouni draagt deze visie ook actief uit in haar academisch werk. Ze spreekt over ‘zorggericht onderzoek’ of ‘healing-oriented research’, waarbij niet enkel het thema zorg centraal staat, maar ook de manier waarop onderzoek gevoerd wordt. Dat betekent dat ze bewust kiest voor niet-extractieve onderzoeksbenaderingen waarin aandacht, verbinding en wederzijds respect voorop staan. “Ik ben er hoe langer hoe meer van overtuigd dat onderzoek nooit louter ten dienste kan staan van de data of de publicaties, maar steeds ook moet bijdragen aan heling en erkenning, niet alleen voor de onderzochte gemeenschap, maar ook voor de bredere samenleving.” Zo verzet ze zich tegen klassieke, objectiverende onderzoekspraktijken die vaak losstaan van de realiteit van de deelnemers: "Care-oriented research betekent dat je niet alleen data verzamelt, maar ook mensen ruimte en waardigheid geeft".
Breuk met het ‘deficitmodel’ van zorg
Een van haar centrale punten van kritiek op het huidige zorgsysteem is dat het gebaseerd is op wat Berdai Chaouni ‘deficitdenken’ noemt: zorg komt pas in beeld wanneer er iets ontbreekt of misgaat. Dat zorgt ervoor dat zorg geassocieerd wordt met ‘falen’ of ‘afhankelijkheid’, en niet met kracht, continuïteit of relationele verbondenheid. Deze visie leidt ertoe dat mensen zich haast schamen wanneer ze zorg nodig hebben, terwijl dat juist een universeel en natuurlijk aspect is van mens-zijn.
“We leven in een samenleving die een geïnternaliseerde visie heeft op zorg als iets wat je eigenlijk liever niet nodig hebt. Dat is problematisch.”
Op de vraag of we zorg te veel hebben geïnstitutionaliseerd, is haar antwoord genunaceerd: “Op zich is het feit dat we een sterk zorgsysteem hebben een mooi teken van een zorgzame samenleving. Maar er zijn onderliggende principes die niet langer begrepen kunnen worden als zorgzaam. Het idee dat zorg iets is dat je kan uitbesteden heeft geleid tot een betekenisverschuiving: zorg werd iets marginaals, iets dat niet meer centraal staat in het leven. We hebben bovendien een zorgsysteem gebouwd dat té sterk leunt op het biomedische model, op deficitdenken, op ‘fixen’. Terwijl lichaam en geest één zijn, en ook verbonden zijn met de samenleving en met de planeet.”
“En dan is er nog iets: in onze drang naar objectivering van kwaliteit zijn we volgens mij de ziel van de zorg kwijtgeraakt. Als ik hoor dat studenten de opmerking krijgen dat ze bij een bepaalde handeling niet mogen gaan zitten bij de patiënt, of geen knuffel mogen geven, dan denk ik: waar zijn we eigenlijk mee bezig? Die hyperspecialisatie, al die protocollen en checklists maken dat we de essentie soms volledig kwijt zijn.”
Structurele ongelijkheid en de politieke dimensie van zorg
"We hebben zorg uitbesteed, onzichtbaar gemaakt, en vervolgens gedacht dat we het niet meer nodig hadden."
De coronaperiode, maar vooral het feit dat er nadien bitter weinig veranderde in het zorgsysteem, heeft voor Saloua Berdai Chaouni duidelijk gemaakt dat beleid en zorgsysteem niet vertrekken van zorg als centrale waarde. “Er is nauwelijks iets structureel veranderd sinds corona. Terwijl je zou denken: de sense of urgency was toch overduidelijk? Het werd zichtbaar hoe essentieel zorgmedewerkers zijn voor een samenleving, maar dat vertaalde zich amper in echt beleid.”
Dat mechanisme dat zorg marginaliseert is hardnekkig en het herhaalt zich telkens weer in andere vormen en beleidskeuzes. In haar analyse verbindt Saloua Berdai Chaouni het denken over zorg nadrukkelijk met black feminist studies en onderzoek rond sociale ongelijkheid. Ze stelt dat het geen toeval is dat onbetaalde en ondergewaardeerde zorgtaken historisch op de schouders van vrouwen zijn terechtgekomen en nog meer op die van vrouwen van kleur. Deze privileged irresponsibility, een concept van Joan Tronto, beschrijft hoe dominante groepen konden leven zonder zich van zorg bewust te zijn, omdat anderen de zorg in de marge uitvoerden. “De geschiedenis heeft mannen leren denken ‘we hebben zorg niet nodig’ omdat zorg als vanzelfsprekend voor hen werd uitgevoerd. Dat verklaart hoe zorgarbeid onzichtbaar werd en vervolgens ook niet naar waarde geschat. Dat is een mechanisme geweest dat hand in hand ging met het kapitalisme. Het berust heel erg nadrukkelijk op het extractieve, of dat nu van de planeet is, van the working (black) body, of van mensen in gemarginaliseerde posities.”
"Dat het vooral vrouwen van kleur zijn die het zwaarste zorgwerk doen, is geen toeval — dat is het systeem."
Zorg is dus niet alleen ondergewaardeerd, maar ook ongelijk verdeeld. Wie zelf kwetsbaar is (economisch, sociaal, qua gezondheid of etniciteit), wordt vaak ook uitgesloten van kwaliteitsvolle zorg. Dit wijst volgens Berdai Chaouni op een bredere systeemfout, waarin zorg niet als universeel recht wordt behandeld, maar als commodity – een dienst die beschikbaar is voor wie het kan betalen of wie ‘past’ binnen het systeem.” Voor Berdai Chaouni zijn armoede, racisme, seksisme en andere vormen van uitsluiting dan ook rechtstreeks verbonden met zorgongelijkheid. “Een écht zorgzame samenleving kan pas ontstaan als we die ongelijkheidsstructuren actief bestrijden. Daarom is zorg is ook altijd een centraal gegeven geweest in de bevrijdingsstrijd van gemarginaliseerde en geracialiseerde groepen. Historisch gezien werd daar heel bewust erkend hoe essentieel zorg is; en hoe krachtig. Dat is geen toeval.”
Alternatieve perspectieven: inheemse zorgvisies en intersectioneel denken
Als antwoord op het dominante zorgdiscours, zoekt Berdai Chaouni bewust naar andere kaders. Ze haalt inspiratie uit inheemse denkwijzen, waarin zorg voor mens en natuur niet van elkaar gescheiden zijn. Denk aan het principe van beslissingen nemen met het welzijn van zeven generaties in het achterhoofd, wat een fundamenteel andere tijdshorizon is dan die van het huidige beleid. In die gemeenschappen staat zorg centraal als een collectieve, duurzame praktijk. “Dat vind ik heel krachtig. Ik denk dat biomedische en westers georiënteerde definities van zorg hertekend moeten worden. Dat is de zoektocht waarin ik zit.”
"Zorg voor mensen zonder zorg voor de planeet is onmogelijk. Het is één verhaal."
Daarnaast vertrekt ze vanuit een intersectionele blik: ze bekijkt hoe leeftijd, etniciteit, gender, klasse, gezondheid en andere factoren elkaar beïnvloeden in hoe mensen zorg geven en ontvangen. Wie ouder is, arm, ziek, of van kleur, botst systematisch op meer barrières binnen het zorgsysteem. Kruispuntdenken maakt het mogelijk om complexe ongelijkheid zichtbaar te maken en dus ook beter aan te pakken.
Beleid, systeemkritiek en zorg als hefboom voor verandering
Hoewel ze kritisch is voor het huidige beleid, gelooft Berdai Chaouni dat structurele verandering uiteindelijk ook politieke actie vereist. Beleid is geen neutrale kracht, maar reproduceert vaak dezelfde ongelijkheden. Toch heeft beleid ook de macht om verandering te faciliteren, mits we bereid zijn fundamenteel te herdenken wat zorg betekent.
“Het activeringsbeleid van de huidige regering is een goed voorbeeld van hoe we enkel waarde hechten aan werk dat betaald is en buitenshuis gebeurt. Alles wat daar niet in past, zoals onbetaalde zorgtaken, wordt niet erkend als waardevol, terwijl het de samenleving wel in leven en in stand houdt. Zo’n houding leidt tot stigmatisering en discriminatie: mensen die ervoor kiezen om meer te zorgen, bijvoorbeeld voor een kind of een ouder, worden systematisch financieel benadeeld. En dan vraag ik me oprecht af: als al die mensen voltijds gaan werken, wie gaat er dan de zorgtaken doen? De meeste mensen die zorgtaken opnemen zijn vrouwen en vaak ook vrouwen van kleur. Als die allemaal overstappen naar ‘betaald werk’, wie gaat dan nog zorgen? Hebben we daar wel genoeg crèches voor? Genoeg ouderenzorgplekken? Genoeg personeel? Ik denk het niet. Dus dan ben je als samenleving echt blind voor een heel stuk van de realiteit.”
“Als je zorg werkelijk zou waarderen, als je zorg centraal stelt, dan kun je ook andere keuzes maken. Dan kun je beleid maken dat mensen die zorg opnemen, ondersteunt in plaats van bestraft.”
Berdai Chaouni pleit voor een een cultuurverschuiving waarin zorg weer gewaardeerd wordt als dragende kracht van samenleving, economie en ecologie. Zorg mag geen restcategorie zijn, geen kostenpost, maar moet het startpunt worden van beleid. Dat betekent ook: stoppen met het romantiseren van mantelzorg zonder structurele ondersteuning en stoppen met het activeringsbeleid dat zorg en onzichtbaar werk financieel bestraft. Ze vervolgt: “Ook als je het in economische termen uitdrukt: dit systeem wordt hoe langer hoe onbetaalbaarder. Mensen voelen ook aan dat het zo niet verder kan. Ook al kunnen ze misschien niet zeggen hoe, ze voelen dat we het anders moeten doen. De echte verandering zit bij mensen die verbindend kunnen denken, mensen die het bredere plaatje zien en niet vervallen in hokjes of silo’s”.
Plekken van hoop: micro-ecosystemen van zorg
“We moeten ons systeem omvormen vanuit de essentie, de wortels van zorg. En ik ben ongeduldig want het zal niet enkel radicaal moeten, het is ook urgent. Zonder die shift gaan we gewoon door met cosmetische ingrepen, met louter ‘opsmukoperaties’.”
Ondanks haar scherpe systeemkritiek ziet Berdai Chaouni wel degelijk hoop. Niet in beleidsstukken of structuren, maar in mensen, plekken en kleine praktijken. Ze noemt individuele zorgverleners die afwijken van het protocol om écht contact te maken, buurthuizen of musea die bewust zorg als leidraad nemen, en burgerinitiatieven rond welzijn en collectieve vreugde.
"Dat zijn bijna acts of resistance, kleine verzetsdaden tegen een systeem dat zorg onderwaardeert."
Deze ‘micro-ecosystemen’ zijn kiemen van een nieuwe zorgcultuur. Ze laten zien dat mensen verlangen naar verbinding en betrokkenheid. Corona heeft dat nog versterkt: het maakte duidelijk hoe fundamenteel zorg is, maar ook hoe kwetsbaar het systeem geworden is. Sindsdien ziet ze een breder bewustzijn groeien over de waarde van zorg, zowel in het dagelijks leven als in het onderzoek en bij het beleid.
“Het bewustzijn groeit. Vroeger stond dit onderwerp niet centraal in gesprekken. Nu wel. Mensen praten over slechte ervaringen met zorg, over de druk van de samenleving, over het gevoel dat er andere plekken nodig zijn waar we beter voor elkaar zorgen. Mensen hebben ideeën over hoe ze willen wonen op latere leeftijd met zorg nabij. Het individuele moet plaatsmaken voor meer ‘samen’. En ook binnen de research zie je verschuivingen. Een van de grootste internationale gezondheidstijdschriften deed in 2022 en vorig jaar opnieuw een oproep om veel meer in te zetten op de sociale en ‘environmental’ determinanten van gezondheid én op de impact van uitsluiting op welzijn. Dat zijn allemaal signalen dat er wel degelijk iets aan het bewegen is.”
Zorg als verbindend en spiritueel principe
Tot slot wijst Berdai Chaouni erop dat zorg niet alleen een sociaal of economisch thema is, maar in essentie ook een belangrijke spirituele laag bevat. Mensen zoeken naar betekenis, verbondenheid en zingeving en zorg speelt daarbij een centrale rol. Ze pleit voor een geïntegreerde benadering van ‘body, mind, spirit en planet’. Welzijn is dan niet het resultaat van hokjesdenken of concurrentie, maar van een fluïde, samenhangende visie op wat het betekent om mens te zijn.
Meer lezen & inspiratie:
Saloua Berdai Chaouni raadt enkele boeken over zorg en ongelijkheid aan van black feminist auteurs:
- Page, C., & Woodland, E. (2022). Healing justice lineages: Dreaming at the crossroads of liberation, collective care, and safety. North Atlantic Books.
- Hooks, b. (2000). All about love: New visions. William Morrow.
- Lorde, A. (1988). A burst of light: Essays. Firebrand Books.